zaterdag 19 maart 2011

De operatie en erna

Het is geloof ik vrijdag maar ik weet het niet zeker. Totaal geen tijdsbesef. Ik zit in bed, mijn eigen bed. Ik voel me slap en moe, zolang ik niet beweeg geen pijn. Mijn linkerkant voelt strak. Een klein beetje benauwd. Dit gaat straks vanzelf over.

Ik voel me ook blij. Het is heel goed gegaan. Na de operatie had ik mijn gezin meteen om me heen en 2 trotse chirurgen aan mijn bed die ons vertelde hoe goed de operatie geslaagd was. Alles, het verwijderen van de tumor, het verwijderen van de okselklier en het omleggen van het “lapje”, via 1 snede. De snede loopt van mijn oksel naar beneden, de huid van mijn borst is in tact gebleven. Hoeveel geluk kan je hebben. Maar wat me het meest blij maakt is dat de tumor eruit is.

Morgen schrijf ik over hoe ik de operatiedag beleefd heb. Na het tikken van deze 10 regels ben ik alweer moe.
Truste…..

Vandaag slaap ik heel veel, uurtje wakker, uurtje slapen. Vanmorgen gedoucht, ging best goed. Daarna weer een uurtje slapen. Alles wat ik vandaag te eten krijg smaakt dubbel zo lekker als anders.

De nacht voor de operatie heb ik goed geslapen. Ik werd heel rustig wakker en dat is gebleven. We waren een uur voor de opname in het ziekenhuis, we dronken thee, dat mocht ik tot 9.00 uur drinken. Om 9.00 uur gingen we naar de afdeling. Ik kreeg een bed toegewezen op een twee persoonskamer. Een luxe hotelkamer. Mijn kamergenote werd voor mij geopereerd, dus die was er niet. In een operatiejasje en elastieken onderbroekje hebben we 2 uur gewacht voordat ik naar de OK mocht. Ik kreeg een polsbandje aan de kant waar ik geopereerd moest worden om. Gelukkig, zegt Bart, dan hoef je geen geeltje op je borst te plakken met to do. Tijdens het wachten val ik bijna in slaap, volgens Bart hoeven ze mij niet onder narcose te brengen, zo relaxed ben ik. Om 11.15 neem ik afscheid, dikke kus, tot zo. In de wachtruime voor de OK word ik op de operatietafel gelegd, een soort brancard. Met banden vastgelegd, vind ik niet echt fijn. Ik krijg een hele warme deken over me heen, heerlijk. Ik doezel weg. De chirurg maakt me even wakker om te zeggen dat ik zo aan de beurt ben. Dan komt er een vrolijke meneer. Van het amsterdamsvervoersbedrijf, stelt hij zich voor. Of ik ergens allergisch voor ben? Niet dat ik weet, zeg ik. Ook niet voor mannen in blauwe pakken vraagt hij? Kijk jij maar of ik uitslag krijg zeg ik. Al grappend racet hij me door een gang. Of ik goed geslapen heb vannacht? Ja prima, zeg ik. Is dat een soort hobby van je ofzo? Vraagt hij. Ja, zeg ik.
In de operatiekamer ontmoet ik de 2 chirurgen, een assistente en de anesthesist. De anesthesist en de man van het amsterdamsvervoersbedrijf leggen mij aan apparaten. Ze spelen een leuk toneelstukje. Ze vragen me waarvan ik ga dromen. Van eten zeg ik, want daar ben ik dol op. Ok zeggen ze, dan gaan we voor je koken. Ze vragen wat ik wil eten. Het word vis. Ik heb een idee zegt de een, hou je ook van Japans? Ja dat hou ik. Ik krijg een kapje voor mijn mond en voel mijn armen al tintelen. Ik denk nog: vis, Japan? Het mag van mij best een Japans recept zijn maar vis uit Japan hoef ik nu even niet. Ik kan het ze niet meer zeggen want ik ben al weg.

Of ik wakker wil worden. Ja dat wil ik zeker, maar het gaat voor geen meter. Ik moet een pijncijfer aangeven, ik zeg een 7. Oeps zegt de verpleegster dan ga ik even bijspuiten want ze wil het onder de 4 hebben. Ik voel alleen maar pijn van onder mijn oksel naar beneden toe. Concludeer dat ze dus niet gesneden heeft in mijn rug. Ik verbaas me dat ik geen pijn op mijn borst voel. Later blijkt waarom. En ik moet zo snel mogelijk drop. Echt niet normaal, wat een behoefte aan drop. Een uur later mag ik naar mijn kamer. Ik heb gevochten als een gek tegen de slaap, de verpleegster zei dat ik dat beter niet kon doen. Maar ik deed het om van de uitslaapkamer af te komen, slapen kan straks ook nog.

Bart is er natuurlijk en een half uurtje later ook de kinderen. Ik ben blij ze te zien. Ik krijg een ballon met “get well mom”. Ze halen drop en chocola voor me en ze blijven gezellig tot een uurtje of 19.30. Ik krijg soep en dan babi ketjap met rijst. De soep is een dikke saus, hij smaakt een beetje naar prei ofzoiets. Een paar lepeltjes om te proeven. Ik wil eigenlijk de babi ketjap proeven omdat ik altijd alles wil proeven. Maar het gaat niet, een golf van misselijkheid komt naar boven. Snel laat ik mijn bed wat zakken, speeksel komt in mijn mond, ik probeer het weg te slikken. Echt een kotsneiging. Het zakt gelukkig snel weg. Ik heb ontzettende zin in het chocolade puddinkje. Ik eet het en het smaakt me prima. Wanneer mij nog volle bord weer wordt opgehaald vraag ik om nog zo’n toetje, voor straks.

Ik heb tussendoor even hallo geroepen naar mijn buuf, maar haar nog niet gezien. Wanneer mijn bezoek vertrokken is val ik in slaap. Ik hoor een hele prettige warme vrouwenstem, ik doezel er op weg. Opeens zegt de stem, sorry Tamara. Ik vraag sorry waarvoor. Voor haar telefoongesprek. Ik zeg haar dat ik er echt geen last van heb gehad, sterker nog ik genoot ervan. We kletsen een hele tijd, totdat ik tegen haar zeg: zullen we vragen of het gordijn open mag. Haha we hebben een uur zitten kletsen zonder elkaar te zien. Dat was gek. Het klikt en het klikt en het klikt met mijn roommate. We delen meteen een hele boel, over onze operatie, ons leven, onze moeders. We vallen om de beurt van de ene verbazing in de andere. Om 22.30 zijn we allebei kapot en besluiten we te gaan slapen. Vlak voor het slapen heb ik nog een kotsneiging, maar die kan ik weer wegslikken.

Midden in de nacht voel ik iemand over me heen, het voelt als een mama. Ik voel warmte. Ik doe mijn ogen open en er staat een reuze grote grijze verpleegster met een zaklamp naast me bed. Eigenlijk moet ik een beetje lachen van het gevoel en dan deze verschijning. Maar ik ben heel moe. Ze vraagt of het gaat en ik zeg dat het gaat. Ik zie haar naar mijn buurvrouw lopen en die slaakt een gilletje. Jeetje ik schok me rot zegt ze. De nachtzuster zegt dat ze even kwam kijken hoe het ging. Ik ga naar het toilet en loop daarna even langs het bed van mijn buuf. Ze zegt dat ze nog niet goed geslapen heeft. Ik kom je even aanraken zeg ik, heb daar blijkbaar behoefte aan. Ik strijk met mijn hand over haar wang, een zacht wangetje. En ik pak even haar hand, een klein, warm, zacht handje, nog kleiner dan mijn hand, lijkt. Als ik in mijn bed lig hoor ik een diepe zucht, volgens mij slaapt ze.
Ik vind het een vreemde belevenis, de grote grijze zuster zie ik deze nacht nog twee keer binnen komen met haar zaklampje. Om 6.00 uur komt ze onze bloeddruk meten en dan zit haar dienst er op.

Daarna komen de aardige jonge zustertjes weer de afdeling op. Ik vind ze echt reuze leuk, en goed in hun werk. Het ontbijt gaat er goed in. De plastische chirurg komt, ze maakt nog even trots foto’s van haar werk en geeft haar goedkeuring dat ik naar huis mag, mits ik zorg voor volledige rust. Ik mag zelf douchen als ik dat wil. Ik kan eigenlijk wel wat hulp gebruiken maar ik ga tot het uiterste van mijn grens, bang dat ze me nog een dagje willen houden. Onder de douche vind ik het heel eng om de straal op het operatiegebied te houden. Ik doe het heel eventjes. Na het douchen klets ik weer honderduit met mijn kamergenote. Ze verteld dat ze dacht dat haar moeder naast haar stond vannacht, ik vertel haar dat ik dat ook had.  Als zij gaat douchen val ik in slaap tot Bart komt. We pakken rustig in en na een uurtje wordt ik in een rolstoel naar de auto gereden. Ik heb geen afscheid van mijn kamergenote kunnen nemen want ze sliep, op haar nachtkastje heb ik mijn telefoonnummer en email achtergelaten.  In de auto slaap ik al snel. Thuis meteen naar boven.

Ik heb vandaag veel kaarten en bloemen gekregen, voel me echt verwend. Ik ben nog steeds blij met de ene snede maar ik voel me niet tof. Het voelt eng aan, alsof er een waterzak aan mijn borst hangt. Morgen maar weer verder kijken. Als ik naar de w.c. moet kost het tijd want ik moet eerst moed verzamelen. Dan moet ik rechtop zien te komen en als ik naast mijn bed sta een loopje opstarten die me naar de badkamer brengt. Met een hoop gezucht en gesteun lukt dit. Ik ga er van uit elke dag beter.

Ik heb nog geen tijdsbesef maar dat komt wel weer terug. Kan net het verschil tussen dag en nacht onderscheiden. Wanneer mijn ogen geopend waren zag ik de dogwhisperer op t.v. en wanneer ze dicht waren was ik heel ver weg.

Ga nu weer de nacht in.

Tot morgen, of later….

Geen opmerkingen:

Een reactie posten